PSV worstelt zich naar overwinning in laatste minuten tegen FC Twente.
PSV pakte een cruciale overwinning op weg naar het kampioenschap. Na de teleurstelling van de Champions League-uitschakeling door Borussia Dortmund leek het erop dat ze punten zouden verspelen tegen FC Twente, maar diep in blessuretijd maakte invaller Ricardo Pepi de winnende goal: 1-0. Hierdoor behoudt PSV de voorsprong van tien punten op Feyenoord met nog acht wedstrijden te gaan.
Het was een knotsgekke slotfase. Eerst leek FC Twente’s invaller Mitchell van Bergen op weg naar de winnende goal, maar PSV-doelman Walter Benitez hield zijn doel schoon. Vervolgens zette Luuk de Jong met een briljante actie de aanval op, waarbij Pepi uiteindelijk zijn klasse toonde als supersub.
Trainer Peter Bosz paste de opstelling op twee posities aan in vergelijking met de vorige wedstrijd. André Ramalho en Hirving Lozano keerden terug in de basis, terwijl Malik Tillman en Mauro Junior ontbraken. Ramalho stond opnieuw zijn mannetje, ondanks eerdere kritiek op zijn snelheid.
Het was al de derde ontmoeting tussen beide ploegen dit seizoen. PSV was dominant, maar had moeite met het afmaken van kansen, wat hen eerder ook tegen Dortmund en Go Ahead Eagles parten speelde. Gelukkig bleek Pepi de redder in nood en bracht hij PSV weer op koers voor de titel.
Met zijn late goal toonde Pepi zich goud waard en hielp hij PSV over een belangrijke hindernis op weg naar de landstitel.